Mijn vriend Foppe zorgde voor de illustraties en de layout.
We hebben het boek nooit uitgegeven, maar nu wil ik op deze weblog wat van de teksten overnemen.
STORM
De zee is hoerig tegen de basaltblokken en de stenen voor de bonenpot gierend en dronken
en zout, in mijn harsens, op mijn tong.
Dan beukt en dreunt het noodweer tegen de dam en de gording en tegen de slapen van de dromer tot hier en nu, terug in de tijd.
Zei pake: "Min waar op De Lemmer."
En omke - de zwarte - bromde over "Een dikke noordwester" en andere weerberichten.
Dan kreunden de binten en de vloeren van het oude pakhuis, waarin we woonden.
De zolders met de netten, de grote taanketel beneden en turf, turf, turf, van zweet en bloed,
van twaalf stuivers de roede. Gekocht van beulen veenbazen.
En boven de turf een woninkje met heit en mem en ik, En ook vaak pake en oâte en de zwarte broer van mem.
Altijd weer de dikke noordwester, stevige bries, vertelt de zwarte over de Zuiderzee.
Altijd weer de dikke noordwester, stevige bries, vertelt de zwarte over de Zuiderzee.
Omke was in storm en nood toch maar mooi onkwetsbaar, hij bromde nog voor kinderen verhalen. Toen was ik nog jong en had de tijd.
BANG.
En spookbenauwd in het donker, zwarte hand achter de gordijnen en deuren waarvan de klink bewoog. Uit de schouw klommen, 's nachts de zwarte knechten van Sinterklaas en op de zolders liepen verdronken vissers te zoeken naar hun netten.
"Ik hoor ze toch" zei Jelle, een vriendje die naast me sliep. Ik hoor ze toch zelf jonge, luister dan. Maar het was pake, die naar het hûske moest.
Wordt vervolgd
Fries:
Pake grootvader
Oâte Lemsters voor grootmoeder
Omke oom
Heit en mem vader en moeder
Hûske Plee
Pagina 1 "OP DE LEMMER" |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten