donderdag 27 juni 2013

"MAARTEN"

Afgelopen dinsdag waren we een dagje op bezoek bij onze zwager Co in Drachten.
Co is evenals ik een tachtiger, hij is ernstig ziek geweest maar is er weer aardig bovenop gekomen. Met een rollator redt hij zich weer aardig. Co is een lezer, veel boeken in huis en tijdschriften. Ik las bij hem het tijdschrift "Maarten" uitgegeven door- en onder redactie van Maarten van Rossem. Een tijdschrift boordevol politiek leesgenot waarvan ik enkele stukjes u niet wil onthouden.

* In de jaren 60 van de vorige eeuw, zo rond de oprichting van D66, bestond er een clubje vrienden die geregeld bij elkaar kwamen: onder andere Jan Wolkers, Henk van Dorp en anderen.
D66 was net opgericht en Van Dorp zei tegen Jan Wolkers: "Ze zeggen dat van Mierlo de Nederlandse Kennedy is." Waarop Jan zei: " Nou, dan moeten we ook eens uitkijken naar de Nederlandse Lee Harvey Oswald. 
Het verhaal gaat dat Hans van Mierlo zijn hele leven last heeft gehad van deze kwalijke opmerking.

* Maarten schrijft: Wat wil je nou zelf, Mark?  Waar moet het heen, met jou en met het land?
  Hoe komen we daar? Jij bent toch de minister-president? Je wilde toch zo graag?  Doe eens wat man, laat eens zien dat je kloten hebt. Wat vind je nou zelf, Mark Je vindt toch wel iets, je laat je buikje toch niet naar de wind hangen?
De kracht moet uit de regering komen, zei Pechthold. Daar heeft hij zo maar gelijk in, Mark.
en anders einde tijdperkje.

                                               

     *                                             "Hebben we
                                                      eigenlijk
                                                       wat aan
                                                     die koning?'   
Maarten

maandag 24 juni 2013

EN TOEN WAS HET ZOMER !

Althans: dat gaf mijn bureaukalender aan: Vrijdag 21 juni 2013, maar ik heb nog geen zomersweer gezien, ook het voorjaar en de winter waren niet om naar huis te schrijven.
Uit mijn jeugd in Friesland herinner ik mij dat de winters perfect waren, ijsvrij op school en vrijwel elke dag schaatsen. Ook het voorjaar was in mijn jeugd zoal het hoorde, het stond in Friesland in het teken van kievitseieren zoeken, mijn vader (heit) was hiervan een groot  liefhebber. Vaak kwam hij thuis met eieren in de pet. De kievitseieren werden verkocht aan de vrachtrijder, die ze afleverde aan de hotels in Sneek en Leeuwarden. De gruto-eieren, die een slag groter waren dan de kievitseieren aten we zelf op.
En dan de zomers in mijn jeugd, de zomers waren warm, elke dag zwommen we in zee, het IJsselmeer, dat we hardnekkig zee bleven noemen.
Maar ik ben mogelijk wat aan het idealiseren, want ik vergeet voor het gemak maar even dat het toen oorlogstijd was, dreiging, gevaar en schaarste was er natuurlijk ook, maar als kinderen vond je dit iets wat de ouderen aan ging. 

Als vakantielectuur heb ik dezer dagen een paar aardige boeken gekocht, ten eerste een boek van een voor mij volkomen onbekende Nederlandse schrijver, Joost de Vries, 1983, het boek  "De Republiek" (Goeie recensies) En van A.F.Th van der Heijden: De Gazellejongen..
Dit boek is, heb ik begrepen vroeger jeugdwerk, dat toen door de uitgevers werd afgewezen.
Uiteraard kom ik na lezen op deze boeken terug. Voor zwager Co zijn verjaardag kocht ik "De ontdekking van de aarde´ door Peter Westbroek.
Na een schrijfpauze was dit het weer. Ik neem me voor om weer regelmatiger in mijn weblog te schrijvenWe zullen zien!